Oekraïense vluchtelingen (2022)
Het geluid van vernietiging
“Zjuuuuut – zjuuuuut – zjuuuuut.” Andriy doet het geluid na van de Russische raketten, die hij nog maar tien dagen geleden laag over zijn hoofd zag vliegen. Het klonk helemaal niet zo hard, vertelt hij verbaasd. Toch zal hij het geluid nooit meer vergeten. Het geluid van vernietiging: “Zjuuuuut.”
Nachtenlang bestookten Russische troepen Andriy’s stad Bila Tserkva, honderd kilometer ten westen van de Oekraïense hoofdstad Kyiv. Bila betekent wit, tserkva kerk. Witte Kerk, ruim tweehonderdduizend inwoners. Vergelijkbaar met Groningen. Op internet zag ik de gevolgen van de Russische bommen: zwaar beschadigde gebouwen, op een plein een brandende krater, dood en verderf, angst en tranen. Andriy vertelt dat hun huis nog overeind stond toen ze na twee nachten vol oorlogsgeweld vluchtten. Hoe het er nu bij staat weet hij niet.
Met de auto reden ze westwaarts. Computerleraar Andriy en zijn ouders, twee gepensioneerde docenten Engels. In Vinnytsia woont Andrij’s broer met zijn gezin. Bij hem hoopten ze veilig te zijn, maar vijf kilometer verder vielen bommen op een vliegveld. “Ga hier weg”, smeekte de broer, “vlucht naar Polen en neem mijn dochter mee”. Zelf mocht hij het land niet uit, evenals zijn 19-jarige zoon. Zijn vrouw wilde absoluut blijven. De reis ging verder, met de tienjarige Uliana. Over de grens naar Polen. Miljoenen Oekraïense vluchtelingen op drift, teveel om in Polen op te vangen. In Krakau konden ze in een bus naar Nederland stappen. Nederland, wat moesten ze daarvan denken? Veel tijd om te twijfelen hadden ze niet. Twee dagen later kwamen ze in Warffum aan.
Ze lijken nog in shock. Hoe het verder moet weten ze niet. Tja, wie wel? Ze zijn dankbaar voor de hartelijke ontvangst en voor alle steun. In Warffum wonen ze nu met zo’n tachtig Oekraïners in het vroegere bejaardenhuis Warfheem. Veel komen er uit de buurt van Charkiv, dertig kilometer van de Russische grens. Anderen uit Kyiv en omgeving. Vooral moeders met kinderen. Drie volwassen mannen. Andriy mocht met zijn lichte lichamelijke handicap de grens over, zijn vader omdat hij boven de zestig is. Niet geschikt voor de oorlog. De derde vluchtte al voordat de oorlog begon naar Polen.
In Warffum en wijde omgeving worden warme kleren, luiers, tafeltjes, fietsen en alles wat verder nog nodig is ingezameld. Buddies ontfermen zich over de gezinnen. Personeel en vrijwilligers lopen zich uit de naad, met tranen in de ogen. Er worden Oekraïense woordjes geleerd. “Privit”, groeten Warffumers, maar steeds vaker zeggen de Oekraïners “moi” of “hallo” terug.
Erik de Graaf
Dit stuk verscheen eerder in een drieluik over vluchtelingen in Warffum in: Blad voor Noord-Groningen (nr. 26; april/mei 2022) 34-35.